vrijdag 4 juli 2025

De stilte – Hans Inne (boekbespreking door Björn Roose)

De stilte – Hans Inne (boekbespreking door Björn Roose)

Voor wie zou denken dat ik weer aan het lezen van ‘korte’ boekjes ben gegaan: dat is ook zo. Doordat ik de jongste maanden vooral ‘lange’, of toch ‘langere’, exemplaren gelezen heb, is mijn leestempo zo’n beetje gezakt tot één boek per week, terwijl ik nog steeds probeer twéé boekbesprekingen per week te publiceren. Omdat op die manier mijn voorraad aan reeds geschreven boekbesprekingen sterk daalde, heb ik gedurende een halve week het ene kortverhaal na het andere gelezen, bijvoorbeeld ook voorliggend De stilte van Hans Inne, waardoor dat probleem weer verholpen is.

Hans Inne, pseudoniem voor Hans Devroe, geboren in 1939 in Brugge en overleden in Leuven in 2022, was behalve auteur ook leraar, medewerker van De Standaard, Het Nieuwsblad en Radio 3, oprichter van de allereerste opleiding Creatief Schrijven in het Nederlands taalgebied en van de Leuvense Universitaire Werkgroep Literatuur en Media, en daarmee – via die laatste – ook aanmoediger (hoe noem je iemand die iets aanmoedigt anders?) van het schrijven van kortverhalen (of “flitsverhalen”, dixit Wikipedia) en prozagedichten. Niet echt verbazingwekkend gezien Inne/Devroe zelf behalve De stilte, zijn debuut van amper dertig bladzijden lang, en een aantal essays plus niet-literaire werken over wiskunde en filosofie, vooral luisterspelen (voor de toenmalige BRT), poëzie en andere kortverhalen heeft geschreven.

En De stilte? Wel, da’s volgens de aanbidders op Wikipedia (anders kan ik mensen die er zo’n subjectief taalgebruik met betrekking tot het onderwerp van het lemma op nahouden niet noemen) een magisch-realistisch verhaal. Wat ongetwijfeld klopt, in die categorie zou ik het ook plaatsen, maar het lijkt toch vooral een manier geweest voor de auteur om te tonen wat hij doorheen de jaren allemaal verzameld had aan ‘informatie’ met betrekking tot het onderwerp stilte in de kunst. “Deze novelle – een debuut! – is een tot in de kleinste details zorgvuldig gekomponeerde thriller vol symboliek”, “Tevens het halftroebele beeld van een ontluikende jonge vrouw”, staat dan wel op de achterflap van dit in 1982 bij De Clauwaert (waar anders?) verschenen boekje te lezen, maar het daaropvolgende “Gedroomde tekst ook voor kursorische lektuur” is dichter bij de waarheid. ‘Kursorisch’ in de zin van: tiens, die titel ken ik niet, of dat fragment uit een gedicht, of die godin, laat ik dat eens gaan opzoeken. Een activiteit die interessanter kan worden dan De stilte zelf. Misschien bij momenten tot beter geschreven teksten kan leiden ook. Een draak als deze paragraaf, op de eerste bladzijde al, had de eindredacteur in ieder geval kunnen (laten) aanpassen: “Om te ontsnappen aan het werk voor haar licentiaatsverhandeling was ze gaan wandelen. De streek ken ik te weinig. Hier in elk geval is niemand.” Aan de rest van de tekst zou helaas – en dat staat los van de inhoud – geen beginnen geweest zijn voor een eindredacteur. Macaroni is macaroni: “Verder. Je hebt het warm… Zou je hier durven slapen? Winne, die houdt wel van zoiets. Weer die gil. Lichtplek. Is dat een paviljoen? Gegiechel, wie… Loopt er iemand achter me? In de verte wazig groen. Ik hoor vliegtuigen. Eruit! Ze stond midden de velden. Ja, vliegtuigen… Ginds de autobaan. Aan de rand van een heuvel waren auto’s en figuurtjes in wit. Het meisje stapte omzichtig tussen de koolbladeren naar het vliegveldje. Van hem?” Zelfs als “het meisje” vervolgens snelsnel doorheen het hele “Museum der stilte” gaat dwalen, kom je als lezer niet meer tot rust van de zenuwachtigheid die je hebt opgedaan daar “tussen de koolbladeren”. En dat terwijl het magisch-realistische genre het zo’n beetje moet hebben van die rust: een brute overgang naar een parallel universum is een grote zeldzaamheid en Inne lijkt die ook niet speciaal nagestreefd te hebben.

In tegenstelling dus tot het etaleren van zijn kennis, of toch een deel ervan (ik weiger aan te nemen dat hij zich slechts in geringe mate in het onderwerp had verdiept). “LARA MUTA vermeldde het plaatje”, heet het op pagina 9, zonder dat Inne evenwel zélf vermeldt dat Lara en Muta, net zoals Tacita, namen zijn voor dezelfde nimf wier tong uit de mond gerukt werd door Jupiter, omdat ze zijn vrouw verraden had dat hij een affaire had met een andere nimf, Juturna, de vrouw van Janus. “La Parole Delaissée”, citeert hij zes bladzijden verder de titel van een boek dat (ten onrechte?) toegeschreven wordt aan Bernard de Trèves, maar beduidend minder te maken heeft met stilte dan met alchemie. “Dat Velt heft ogen / dat Wolt heft oren (…) Ick wil sien / swijghen ende hooren”, geeft hij nog eens drie bladzijden verder de woorden op “een houtsnede” mee, zonder uiteraard te vermelden dat die het uit 1546 daterende werk van een anonymus is en zich in het Kupferstichkabinett in Berlijn bevindt. “De studente herkende Thot, alias Hermes, alias Mercurius”, luidt het op pagina 27, waarmee de auteur een loopje neemt met de waarheid: het belangrijkste cultuscentrum voor de Egyptische god Thoth (met ‘th’ vooraan én achteraan, trouwens) lag in Chemenoe ofte Hermopolis Magna, een stad die zijn Griekse naam dankte aan Hermes, die in latere tijden inderdaad met Thoth werd geïdentificeerd, maar Mercurius zomaar met Hermes en via hem met Thoth gelijkstellen, is een brug te ver. Mercurius was dan wel, zoals Hermes, god van de Handel en droeg ook dezelfde attributen als Hermes, maar de Grieken bezagen Hermes nauwelijks als god van de Handel. Bij hen was hij vooral god van de reizigers en boodschapper van de goden, terwijl Mercurius pas later in zijn loopbaan als god ook nog iets van doen bleek te hebben met die reizigers en nooit de boodschappen van de goden mocht doen. En dat J’attendrai (“Les fleurs pâlissent, / le feu s’éteint... / L’ombre se glisse / dans le jardin”) een nummer is van de Canadese, in 2006 overleden, zanger Fernand Gignac, verneemt u vanzelfsprekend al evenmin van de auteur zelf. Enfin, wie zich in stilte wil bezighouden (bad pun intended) terwijl hij dit boekje ‘kursorisch’ doorbladert, die heeft daartoe alle gelegenheid…

Björn Roose

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Ook iets te vertellen ? Ga je gang !