Voor wie zou denken dat ik intussen
zó ver afgetakeld ben dat ik niet meer weet hoe je “een drie- of
vierdelige compositie die door een aantal instrumenten tegelijk wordt
gespeeld” schrijft,
mag dat idee weer
opbergen. Ik schrijf ‘simfonie’ omdat auteur Lambert Swerts het
zo schreef, niet omdat ik te stom ben om ‘symfonie’ te schrijven.
Wat overigens niet wil zeggen dat
ik van oordeel ben dat Lambert Swerts wél te stom was om ‘symfonie’
te schrijven, maar dit Onvoltooide
exemplaar is geschreven in 1974 en zelfs hoofdredacteurs – wat hij
was van Schuim
en Eigen aard
– bezondigden zich in die tijd aan wat toen ‘progressieve
spelling’ heette. Ook als die hoofdredacteurs kabinetssecretaris
van Gerard Romsée geweest waren, medewerker van Volk
en Staat, en zes jaar in
de gevangenis zaten wegens een enigszins te wensen over latende
liefde voor de belze
staat. Zelfs zo’n mensen hebben nu eenmaal wel eens slechtere ideeën.
Maar goed, als je in je leven,
onder verschillende pseudoniemen, behalve massa’s werk voor
allerlei periodieke publicaties ook nog tien luisterspelen en zo’n
vijfentachtig boeken hebt geschreven, kan zo’n misstap je vergeven
worden. Vijfentachtig boeken waarvan ik alleen dit ene in mijn
boekenkast had staan. Dit ene dat dan wel drie (geen
vier) verhalen omvat: Maria
Magdalena Muser, Mary
Weckingly, en Midori
Kasaki. Drie verhalen en
drie vrouwen dus. Drie vrouwen die stuk voor stuk smoorverliefd zijn
op hun man of – in de twee eerste gevallen – degene waarvan ze
hopen dat het hun man zal worden. Drie vrouwen ook die door hun
liefde de dood vinden. In de laatste twee gevallen net zoals hun beminde.
Té veel vertellen over de inhoud
van een verhaal van net iets meer dan veertig bladzijden, een van
zo’n vijfendertig bladzijden, en een van vijfentwintig bladzijden,
zou uiteraard geen goed idee zijn, maar ik geef u wel mee wat de
auteur aan het begin van deze kleine, in eigen beheer uitgegeven,
bundel zelf schrijft: “De romantische verhalen onder deze titel
samengebracht, berusten àlle op historische feiten. Het eerste op
zo’n feit uit het privéleven van de mens; het tweede op een
autentiek gebeuren van beperkt publieke omvang; het derde op een
wereldgeschiedkundige katastrofe.”
Dat “feit uit het privéleven van
de mens” is dan weer datgene
wat Swerts aan het begin van Maria
Magdalena Muser
beschrijft: “Honderdnegentig jaar na de dood van de heldin bezocht
de auteur haar graf. Het bevindt zich nabij het ingangshek van het
kerkhof te Zell am Harmersbach, in het noordelijk Zwarte Woud. Hij
trof het aan als het voornaamste graf van de kleine begraafplaats en
dusdanig opgesmukt met rozen, bloemen en planten, dat het leek of de
uitvaart pas gisteren had plaatsgehad. Nog steeds vereert Zell zijn
Maria Magdalena bijna huiveringwekkend en nochtans is Duitsland geen
achterlijk land, hoe… romantisch de Duitse ziel op menig gebied ook
nog steeds moge zijn. Zij was zeventien jaar, elf maanden en achttien
dagen oud en slechts twee maanden en één dag gehuwd.” Dat graf is
er – zo kwam ik te weten na een weinig zoekwerk op het internet –
inderdaad, daar in Zell am Harmersbach, en het wordt ook vandaag nog
bebloemd, maar of Swerts er daadwerkelijk geweest is, weet ik niet en
het hoeft
ook niet zo te zijn: Heinrich Hansjakob, Duits priester en schrijver
geboren in 1837 en gestorven in 1916, had het er immers al over in
zijn Erzählung aus dem
Schwarzwald, Der
Vogt auf Mühlstein. Een
boek waarvan ik niet ga beweren dat Swerts het gelezen had toen hij
dit verhaal schreef, maar dat hij dat niet uitdrukkelijk bevestigt,
wil uiteraard ook niet zeggen dat dat niét het geval was.
En hij had dat hoe
dan ook wél gedaan wat het
“autentiek gebeuren van beperkt publieke omvang” betrof, het
vergaan van de Titanic
met aan boord daarvan de, voor zover ik weet, fictieve Mary
Weckingly, en de échte,
maar in dit geval gefictionaliseerde, Wallace Hartley, being
de orkestleider die ervoor zou gezorgd hebben dat zijn orkest zelfs
door bleef spelen terwijl de schuit z’n finale duik nam. Waarom dat
zo was, had volgens Swerts niemand geprobeerd te achterhalen en dit
verhaal moest die leemte vullen. Wat volgens mij niet gelukt is. Mary
zit het hele verhaal lang achter Wallace aan, stapelzot verliefd als
ze is, maar zelfs op het einde van dat verhaal, als “de speler en
het meisje”, DiCaprio-en-Winsletgewijs, “hoog op de achterplecht
als twee donkere gestalten in een wereld vol angst tussen water en
wolken [stonden]”, had ik niet de indruk dat Wallace ook verliefd
op haar geworden was.
Van wederzijdsheid lijkt daar dus
nooit sprake, in tegenstelling voor wat het geval is tussen Midori
Kosaki (wiens naam klaarblijkelijk verkeerd gespeld is in de titel)
en haar man Paul (wat toch wel een rare voornaam is voor een
Japanner). Hun liefde gaat zijn laatste bedrijf tegemoet tegen de
achtergrond van een Japan dat zijn laatste oorlogsbedrijf tegemoet
gaat, een laatste oorlogsbedrijf dat op 6 augustus met de atoombom op
Hiroshima, de “wereldgeschiedkundige katastrofe” waarvan sprake,
zijn aanvang nam. Een atoombom die Midori herleidt tot niets dan as,
as die door haar immer wetenschappelijk bezige man alsnog nuttig
aangewend wordt: “Als de liefde sterft, verbleekt de nacht. Zij is
niet als de graankorrel waaruit in duisternis honderdvoudig leven
kiemt; zij ontsteekt over het heelal een nieuwe gloed die alles nieuw
maakt. Jij bent gloed, Midori. Ik ben duisternis maar uit mijn
duisternis stijg jij op naar de klaarte van het sterrenlicht.”
Beetje vergezocht, eerlijk gezegd, maar ook weer niet verder dan het
gegeven dat Paul en zijn baas dagen voor het zover is al zitten te
speculeren dat de Amerikanen een atoombom gaan gooien, iets wat de
Amerikanen beslist niet op voorhand hadden aangekondigd (massamoord
is al schandalig genoeg, de meeste oorlogsmisdadigers vinden het niet
nodig vooraf te laten weten dat ze er een gaan plegen).
Soit, mijns inziens heeft Swerts
een poging gedaan om de stationsromannetjes waarmee hij gedurende
enige tijd na zijn vrijlating zijn brood verdiende naar een iets
hoger niveau te tillen, maar is hij daar niet echt in geslaagd.
Björn Roose

Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Ook iets te vertellen ? Ga je gang !