Ik lees wel eens vaker
reisverhalen, en daar zijn soms hele goeie bij, maar mijn favoriete
genre is het niet. Dat ik deze Pension Waldidylle - Het noorden
van Duitsland herontdekt ter hand nam, lag dan ook louter
aan het feit dat ik in de bibliotheek op zoek was naar een paar
reisgidsen voor Duitsland en dit boek daartussen verdwaald vond.
Hoe dan ook: een begin
als een ander van een hele serie boekbesprekingen. Want een
boekbespreking heeft u sinds eind november 2019 al niet meer van mij
gehad. Ten eerste omdat ik een aantal boeken gelezen heb waarvan de
bespreking terecht komt in het blad TeKoS, ten tweede omdat ik
sindsdien geen tijd heb gevonden om nog een bespreking te schrijven.
Wat onder andere ligt aan het feit dat ik sinds begin januari een
tiental boeken gelezen heb ...
Maar eerst deze
Waldidylle dus: een behoorlijk bedrieglijke titel en dat niet
alleen omwille van de foto op de voorpagina, waarop wel degelijk een
huis met een paar bomen te zien is, maar dan wel midden in de velden.
Nee, ook omwille van het feit dat de auteur nauwelijks een woud
aandoet, daar in Noord-Duitsland. Meer dan de helft van het boek is
gewijd aan de Wadden (de Duitse dan), gevolgd door een hoofdstuk over
Sleeswijk-Holstein (een streek, aldus de auteur,"rijk aan akkers
maar arm aan bossen"), de Lüneburger Heide (waarover de auteur
Heine citeert: "Haar borst was kaal als de Lüneburger Heide"),
Monschau (of all places ...), Würzburg, en Rüdesheim (aan de
Rijn, niet in het bos). Als die hoofdstukken niet onderbroken waren
door eentje waarin Zwier Heine volgt door de Harz, eentje waarin hij
in het spoor van pastoor Kneipp probeert te lopen en "Een
landschap voor romantici" (in het imaginaire voetspoor van
Caspar David Friedrich), dan hadden we helemaal geen woud gezien in
dit boek.
Maar goed, een titel is
maar een titel. De inhoud, die is belangrijker. Helaas valt er over
die inhoud niet zo heel veel te vertellen. Of toch wel: als ik op
basis van de stukjes van Zwier zou beslissen of ik ergens heen ging,
dan deed ik het voor géén van de bestemmingen waar hij geweest is.
Ik ben op alle bewoonde Nederlandse Waddeneilanden (Texel, Vlieland,
Terschelling, Ameland en Schiermonnikoog) geweest, maar ik zou op
basis van zijn beschrijvingen geen enkel van de Duitse bezoeken.
Zwier vaart, Zwier zanikt over het ontbreken van een vuurtoren, Zwier
eet een of andere lokale schotel, Zwier drinkt een lokaal drankje, en
dat is het zowat.
Goed, uiteindelijk meldt
hij wel waarom er geen vuurtorens op de meeste van de Duitse
Waddeneilanden staan: "Overigens had de bevolking er vroeger
weinig belang bij dat passerende schepen voor de ondiepten voor de
kust werden gewaarschuwd - net als op andere eilanden vormde de
lading van gestrande schepen een belangrijke bron van inkomsten".
Maar waarom daar dan iedere keer opnieuw een boog over spannen? Net
zoals hij dat doet over de kuuroorden die hij zo'n beetje overal
tegenkomt. Ja, we weten dat er kuuroorden zijn en we weten dat Zwier
die bollocks vindt (ik ook), maar waarom moet dat voortdurend
herhaald worden? Dat is op den duur net zo interessant als de
"zijsprongetjes" van Zwier over hoe hij ooit eens op een
wijnproefavond geweest is of over hoe hij half zat een meisje heeft
zitten binnen doen. Totaal niet dus.
En dan dat gezeik over
die heksen in Würzburg ... Ja, de heksenvervolging is een
interessant gegeven uit onze geschiedenis. En ja, daar mag best een
boek aan gewijd worden. Maar als je een stad als Würzburg bezoekt,
valt er toch wel wat meer te doen dan je verdiepen in een slecht
gedocumenteerde historie. Vooral als je je bezighoudt met het
schrijven van reisverhalen, me dunkt.
Dan had ik liever wat
meer gelezen over de "moderne" geschiedenis van Duitsland.
Daarover, over de Duitse geschiedenis van na de Tweede Wereldoorlog,
heeft Zwier het in het hoofdstuk "Een landschap voor romantici",
waarin hij onder andere op zoek gaat naar wat er in het landschap nog
te zien is van wat eens het IJzeren Gordijn was. Of over Caspar David
Friedrich. Al heeft een geïnteresseerde meer aan diens schilderijen,
dan aan de Schwärmerei van Zwier. Of over de genocidaire
bombardementen van Amerikanen en Britten op steden als Dresden (wat
dan toch weer in zekere zin goedgepraat wordt door Zwier, een
gewoonte die helaas even verderfelijk als wijdverspreid is).
Maar, om deze bespreking
op een positieve noot te eindigen, de foto's in het midden van het
boek zijn de moeite waard en geven een beter beeld dan Zwier zelf van
de bezochte gebieden. En ik zou zeker niet nalaten te bezoeken wat
Zwier oninteressant weet te maken. Ikzelf heb intussen toch al wat
afgereisd in Duitsland en ik ben zelfs uit een toeristenval als
Rüdesheim en een lichtelijk overroepen stadje als Monschau niet
binnen het half uur vertrokken en heb in Würzburg een hele dag
rondgelopen (ik dwaal zelden door een stad: als ik een stad bezoek,
is dat meestal met een plan in de hand). Gewoon dit boek overslaan
dus.
Björn Roose
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Ook iets te vertellen ? Ga je gang !